The scenic route to Viñales
Geschreven door Michiel op 6 juli 2017
Na enkele fantastische dagen in Havana is het vandaag tijd om de deur van casa Guantanamera achter ons dicht te trekken en het avontuur tegemoet te gaan. Dat avontuur begint al direct in de badkamer als we cucaracha numero tres spotten. Waar blijven die toch van komen? We weten het niet, maar we hebben nu toch al genoeg huisdiertjes gehad, vinden we. We eten ons laatste ontbijt in Havana terwijl we uitkijken op ons eigen “aquarium” (zo een lichtbak met nepvissen, but hey, het is wat het is). Nairobis komt tegen 8u naar de casa om de sleutel in ontvangst te nemen. Ze weet ons te zeggen dat er hier normaal nooit kakkerlakken zijn, en dat het komt omdat er niet gerookt werd terwijl wij in de casa zaten. Dus, voor al wie naar de casa wil komen, je mag er zeker van zijn dat het probleem opgelost wordt! Rudy is ondertussen een taxi aan het zoeken voor ons, maar dat is niet evident, want iedereen is nu op weg naar zijn werk en alle taxi’s zijn bezet.
Een klein half uurtje later komt er een classic car, dit keer een echte, aangereden in Calle Gervasio. We nemen afscheid van Nairobis en vertrekken richting het avontuur. Eerste stop: Museo de la Revolucion! Ik zie jullie al denken, wat voor een avontuur is dat nu, jullie hebben dat toch al gedaan? Jaja, helemaal juist, maar in de buurt van het museum zit ons autoverhuurbedrijf. Onze taxi zet ons af net voor het museum, en dan is het zoeken geblazen. Het adres dat we kregen is dat van het museo de la revolucion, maar tenzij we met die tank voor de deur mogen rijden, denk ik niet dat we daar moeten zijn. We vinden het kantoor maar niet, dus we besluiten om de politieman aan de ingang van het museo te vragen waar we moeten zijn. Hij verzekert ons dat we op het juiste adres zijn. We beginnen al luidop te fantaseren over hoe die tank toch wel handig zou kunnen zijn om de putten in het wegdek te “omzeilen”. Hij vertelt ons dat het verhuurbedrijf op de zijkant van het gebouw te vinden is. We gaan het hoekje om en zien dat daar inderdaad een kleine kantoortje te vinden is. We stappen binnen en worden begroet door een vriendelijke Cubaan die ons direct meeneemt om onze auto te controleren.
We komen bij een auto van het merk BYD. Nog nooit van gehoord, maar het heeft 4 wielen en waarschijnlijk ook een motor. We lopen eens rond de auto en controleren de schade die al aanwezig is. Alles wordt netjes opgeschreven en hij toont ons ook hoe we moeten tanken en hoe we de auto moeten starten. Het is een auto zonder contact. De sleutel moet gewoon in de auto liggen en dan kan je via een knopje de motor aanzetten. Blijkt dat de auto toch meer heeft dan 4 wielen en een motor. Als we dan de kofferbak ook nog eens open doen en zien dat hij toch wel echt groot is, zijn we ondertussen wel al heel tevreden met onze keuze auto. We gaan terug naar binnen waar de rest van de administratie wordt afgewerkt. Een andere vriendelijke Cubaan neemt vanaf hier het praatje over en hij geeft ons heel rustig een uitgebreide uitleg over hoe het er aan toe gaat in Cuba op vlak van auto’s huren, rijden in Cuba, ongevallen, … We zouden hier nog wel eventjes kunnen blijven zitten, want hij is zo sympathiek, maar het avontuur roept en na een 45 minuten ruilen we het kantoortje om voor onze bolide, die we direct omdopen tot Caballo. Bij het vullen van de koffer zijn we echt wel aangenaam verrast van de ruimte, want op één kleine rugzak na, past alles in de koffer. Score!
Magalie kruipt eerst achter het stuur van Caballo en begeleid hem richting de Malécon om te starten aan ons avontuur. Niet veel later cruisen we langs het water in Caballo en genieten we van het uitzicht. Voor we Havana uitrijden, willen we eerst nog eens stoppen bij Fusterlandia. Fusterlandia is een wijk die onder handen is genomen door een Cubaanse artiest. Hij heeft in het centrum van de wijk een heel kunstwerk gemaakt waarbij hij gebouwen en standbeelden uit mozaïekjes heeft gemaakt. Als je ooit in de buurt bent, dan is dit zeker een aanrader om te doen! Je kan je nauwelijks inbeelden hoeveel werk hierin moet gekropen zijn. Ook de omliggende winkeltjes zijn zeer gezellig! Ze hangen vol kunstwerkjes van locals (en natuurlijk ook de gebruikelijke “deze vind ik echt overal”-souvenirs). Maar zeker een tussenstop waard.
Na een kort intermezzo zijn we dan helemaal klaar om naar Viñales te rijden. We zitten helemaal aan de andere kant van Havana en dus ook een eindje weg van de autopista, dus we besluiten om de scenic route te nemen, wat zo veel betekent als: we rijden binnendoor, waar het mooier is, maar waar de wegen ook wat minder goed zijn onderhouden. We doen er dus iets langer over, maar kunnen wel onze ogen uitkijken op de vele prachtige uitzichten die we onderweg tegenkomen. Cruisen in Cuba, het heeft wel iets! Een klein nadeel van de scenic route nemen: vrij weinig tankstations en toiletten onder de baan. Het eerste is geen probleem, aangezien Caballo net als een echt paard weinig moet drinken, maar dat tweede was wel een probleempje voor Annelien toen de nood net iets hoger werd. Omdat we toch al een hele tijd niemand waren tegengekomen, besloten we om te stoppen langs de baan. Annelien zet zich achter de auto en net dan, na een half uur niemand gezien te hebben: twee vrachtwagens en een bus. Gevolg: Annelien moet een paar keer plots rechtspringen, met een paar hilarische smoelen erbij. Uiteindelijk lukt alles toch en gaan we verder met onze tocht. We komen nog een fruitkraampje voorbij. We kopen wat bananen en vers gesneden papaya om de eerste hongertjes te stillen. Het fruit is hier wel echt enorm lekker, dus goeie bal van onszelf.
Niet veel later komen we aan op onze tweede tussenstop. Cueva del Indio is volgens Trip Advisor echt een aanrader, dus die kunnen we niet links laten liggen (ook al lag hij echt wel aan de linkerkant). We laten Caballo achter op de parking om wat te grazen, terwijl wij richting de ingang van de grot wandelen. Er staat een bordje aan de ingang met de melding dat de toch 25 minuutjes duurt. Perfect om de benen dus even te strekken. We gaan de grot binnen, om twee minuten later al voor het eerste obstakel te staan. Een smalle doorgang perfect voor Sméagol, maar voor anderen onder ons misschien toch vrij klein. Eventjes de rugzak uitdoen en we zijn erdoor! Oef! Nog een minuutje later staan we te wachten in een lange rij. Is er een nog smallere doorgang misschien? We komen dichter en dichter en we merken na een klein kwartiertje dat we staan te wachten op een boot. Er loopt namelijk een rivier door de grot en je kan er dus niet door zonder de boot te nemen. We stappen op de boot en worden richting een kleine waterval in de grot gebracht. Niet dicht genoeg om ze deftig te zien, maar we kunnen ze wel horen. De “kapitein” van de boot vaart met ons terug en toont onderweg enkele rotsformaties waar je vormen in kan herkennen. Naast het zeepaardje zie ik het niet altijd allemaal, maar het is maar wat je ervan maakt zeker? Anyway, 5 minuutjes later staan we aan de uitgang van de grot, wat misschien nog wel het spectaculairste beeld was van allemaal. De lianen aan de uitgang deden ons direct aan Tarzan denken. Gelukkig dat we eindigden op een high, want veel meer was er niet aan de grot. En die 25 minuten? Dat is enkel en alleen omdat je op die boot moet staan wachten. Je zou perfect op 10 minuten door de grot kunnen ook moesten ze wat efficiënter werken.
Na onze korte pitstop slaan we opnieuw nog wat souvenirs in (again, classified stuff, we kunnen jullie echt niks meer vertellen) en stappen we in de auto voor het laatste stukje richting Viñales. Nog geen kwartier later staan we aan de casa van Señiora Mirtha Díaz. Ze ontvangt ons met veel enthousiasme en toont ons de kamers. We verwachtten simpele kamers, maar als we binnenkomen, zien we iets helemaal anders. Elk van ons heeft een dubbel bed, er is airco in beide kamers, er is een regenkopdouche, … Met andere woorden, het zag er perfect uit. We krijgen nog een mangosapje aangeboden en vragen wat er nog te doen is in de buurt. Mirtha vertelt ons over de vele tabaksplantages en dat haar papa er ook eentje heeft. Ze wil gerust bellen om te vragen of hij ons een demonstratie kan geven van het rollen van een sigaar.
Mirtha’s zoon komt ons met de brommer ophalen om te tonen waar de finca van haar papa is. Eduardo, de papa van Mirtha, ontvangt ons met open armen en neemt ons mee naar een hutje achteraan het huis. Daar haalt hij direct enkele sigaren boven en vraagt hij of we ze willen proberen. Nu, als je mij vraagt wat Cuba is, dan is het wel rum, sigaren en salsa. Dus, als je dan gevraagd wordt om een sigaar te proberen, dan zeg je toch geen nee? Eduardo laat Tom eerst proberen en die is precies toch niet zo’n fan. Als ik dan direct erna ook mag proberen, blijkt dat mijn skills toch iets professioneler zijn dan die van Tom. En het valt op zich ook nog wel goed mee. Zo goed zelfs, dat ik besluit om hem verder op te roken tot ongeveer 1/3 van de sigaar. De rest is een aandenken aan de eerste sigaar. Een sigaar roken in Cuba mag bij deze dus ook van de bucket list. Eduardo begint aan zijn uitleg en toont ons hoe je sigaren moet maken. 90% van de oogst van de plantage moet verkocht worden aan de regering. Van de overige 10% mogen ze zelf sigaren maken. De bladeren worden gedroogd en ingesmeerd met een cocktailtje die bij elke familie anders is. Bij de familie Díaz is dat limoen, vanille, honing en wat vitamine R (rum). Nadien kunnen de sigaren gemaakt worden. Je neemt enkele bladeren en rolt deze op in krantenpapier in de vorm van de sigaar. Nadien neem je een ander blad en een mes. Dit wordt de buitenkant van de sigaar. Je snijdt er stukjes af zodat deze perfect rond de sigaar passen en dan rol je deze strak dicht. Et voila, je hebt een sigaar! Eens ze gerold zijn, dan kan je ze in de bast van palmbomen bijhouden. Sigaren van de finca’s kan je tot 2 bijhouden, die uit de fabriek tot 15 jaar. Het grote voordeel van de sigaren uit de finca’s is dat deze ecologisch zijn, die uit de fabriek niet (deze zijn met chemicaliën bewerkt). Na een uitleg van een klein uurtje zijn we nu helemaal op de hoogte van hoe het eraan toegaat. We zouden nog uren kunnen luisteren naar Eduardo, want hij kan zo goed vertellen, maar er zijn momenten van komen en momenten van gaan, en aangezien de zon aan het zakken was, was het moment gekomen om te gaan, want we hadden namelijk nog een tip gekregen van Mirtha!
Niet ver van de finca van de familie Diaz was een Finca Ecologica waar je kon eten. Eten kan je op enkele finca’s doen, maar het leuke aan deze is dat je van op het terras de zon ziet ondergaan achter de vallei terwijl je zit te eten. We worden onthaald door een wandelende menukaart die ons vertelt dat er soep is, groentjes en verschillende soorten vlees. Alles wordt bij je op tafel gezet en buffetgewijs neem je dan zelf wat je wil. We zetten ons op het hoekje van het terras, waar we een prachtig zicht hebben op de zonsondergang. Met één van de mooiste uitzichten van deze reis beginnen we aan de soep. Direct een schot in de roos! Nooit gedacht dat bij deze temperaturen soep mij zou kunnen smaken, maar ze zijn er toch in geslaagd. Als nadien het vlees, de rijst en de groentjes ook perfect zijn afgewerkt, dan kan je wel denken dat je hier zeker goed zit! We blijven nog eventjes zitten tot de rode gloed van de ondergaande zon over de bergen schijnt om dan richting huis te vertrekken. Tom en Annelien willen namelijk graag een wandelingetje doen, maar dat verandert al snel in een after dinner run. Op het moment dat ze willen vertrekken, komt ook een stevig onweerbuitje opzetten, maar dat houdt hen toch niet tegen. Magalie en ik nemen de auto naar huis en wachten ze daar op.
Volledig bezweet komen onze atleten toe in de casa, waar blijkt dat ze alletwee toch wel heel snel hebben gelopen. Tom dacht dat Annelien altijd zo snel liep en Annelien dacht dat Tom altijd zo snel liep. Natuurlijk wilden ze niet onderdoen voor elkaar en hebben ze dus het tempo aangehouden. Een snelle douche later waren we klaar voor nog een avondcinema. Elke reis hebben we wel een serie die we beginnen kijken en deze reis hebben we gekozen voor The Blacklist. Magalie en ik hebben het eerste seizoen al gezien, maar het is ondertussen al zo lang geleden, dat een opfrissing geen probleem is. Ook Tom en Annelien konden de serie wel smaken, dus ik denk dat we weten wat de avondcinema’s voor de rest van de reis zullen worden. Ondertussen is het ook al laat geworden, dus kruipen we in ons bedje, want morgen is het tijd om andere caballo’s dan onze bolide te leren kennen. We gaan namelijk paardrijden in de vallei (ter compensatie van de gemiste rit vorig jaar). Morgen uitgebreid verslag.
Hasta Luego!–
Geef een reactie